In Blik Op De Boshoek geeft Jan Vosjan ons een blikje in de ziel van een HHC-fan tijdens de titelstrijd. Kort na de topper tegen Katwijk ging het er ongeveer als volgt aan toe…
Een stapje terug…
Het afgelopen weekend had ik het voorrecht te mogen blijven logeren bij de een van mijn vrienden van Voetbal247.nl, Henk en zijn vriendin Nathalie. Na een wedstrijd waarin we de koppositie moesten laten aan de Katukkers raakte ik heel kort in een kleine innerlijke strijd verwikkeld. Vanzelfsprekend had ik liever gewonnen om zo de marge met Katwijk wat uit te bouwen, zelfs als dat tot gevolg had dat ik genoegen moest nemen met een spijkerbed op een winderig balkonnetje. Even vloog de gedachte door mijn hoofd om stiekem in de bus te in stappen en me niet meer verder te vertonen op de Krom. Maar omdat dit een geweldige uiting van lafheid zou betekenen schudde ik die rare kronkel uit mijn hoofd en besloot aan te sluiten in de feestende massa in de kantine.
Gewoon de trotse verliezer uithangen en demonstratief mijn HHC-jasje aanhouden. Ik geen fuck, kom maar op! Biertjes bestellen, uitdelen en nieuwe vrienden maken. En dat lukte prima, en, ondanks het totaal mijn muziek niet is, wist ik uitstekend “dit is het momento” mee te bléren.
Nu ik de schaamte toch voorbij was leek het me logisch om meteen een paar selfies te maken met Sander de Brito Roque, de scheidsrechter van dienst. Deze vermaakte zich ook prima in de kantine en werkte gretig mee aan het maken van een paar wazige foto’s. Het blijft toch een raar fenomeen dat selfies maken, beetje glazig met zijn tweeën naar een mobieltje kijken en maar klikken. De hoofden veel te dicht bij elkaar dan verstandig is in deze gevaarlijke coronatijd. Nu was het zo druk op de Krom dat we met gemak een pandemie hadden kunnen ontketenen. Maar wellicht schuilt er toch enige waarheid in het gerucht dat alcohol dit gemene virus doodt. In dat geval durf ik te zeggen dat iedereen die er zaterdag bij was nooit last van zal hebben. Mijzelf incluis.
Toen ik vlak na afloop van de wedstrijd de tribune afliep, stevig balend dat we geen koploper meer waren, hoorde ik twee heren op leeftijd tegen elkaar zeggen; ‘wel jammer dat Quick Boys niet heeft verloren van Kozakken Boys’. Heerlijk om dat zo op de achtergrond te mogen horen, die diepgewortelde rivaliteit. Liever dat de aartsvijand verliest dan dat ze punten pakken van een directe concurrent voor de titel.
We kunnen gerust zeggen dat we een geweldige jaargang hebben beste vrienden. Vorige week zaten er vijf punten tussen de nr 1 en 5, momenteel zijn het 4 punten tussen koploper en nr 6! En dan hebben we nog 11 wedstrijden te spelen. Het is schier onmogelijk om te voorspellen wie er kampioen gaat worden. Het is dan ook daarom dat ik stug volhoud aan mijn eigen HHC als ik toch een voorspelling moet doen. Natuurlijk is de wens vader van de gedachte, maar kan mij het schelen. HHC wordt kampioen, u rekent me er maar op af straks in mei.
We moeten wel weer iets beter gaan voetballen, daar heeft u gelijk in. Maar ik heb er alle vertrouwen in dat onze jongens dat weer kunnen rechtbreien. Gert Jan Karsten en Jan Piet Bosma toveren straks een tactisch meesterplan tevoorschijn en dat gaan we pas echt knallen! Even een stapje terug, en straks weer een vooruit!
Grote plannen hadden Henk en ik voor een lange zaterdagavond. Lekker blijven hangen in de kantine, ergens wat eten en dan nog kijken bij een bandje in de buurt. Toen we uiteindelijk het licht in de kantine uitgedaan hadden, waarbij ik wel wil vermelden dat ik flink meegeholpen met opruimen, ging bij ons het licht ook een beetje uit. Uiteindelijk zijn we ook de 40 al gepasseerd en besloten we het avondprogramma enigszins in te korten. U raadt het al, na een afzakkertje zakten de luikjes langzaam dicht en niet ver na twaalven lag ik in een mild coma.
De volgende dag melde zich met een licht katertje die na een stevige kop koffie in een Metallica-mok al flink opklaarde. Dat past een stuk beter bij mijn muzieksmaak durf ik wel te verklappen. Nog snel even de samenvattingen van de Tweede Divisie kijken en dan naar het station. Want ook met de trein is het dik twee uur reizen naar het land ten oosten van de IJssel.
Nauwelijks was ik station Leiden uitgerold of in de groepsapp verscheen het bericht: zo, de laatste Hardenberger is ook puntloos op de trein gezet…
Heerlijk Henk, en bedankt!