Giovalli Serbony vervolgt zijn loopbaan per direct bij Rijnsburgse Boys. De aanvaller werd vorige week weggestuurd bij VVSB na ernstige misdragingen. De club en speler willen hier niets over kwijt. Andere clubs stonden in de rij voor de spits, waarbij met name Quick Boys en Rijnsburgse Boys grote kapers waren. De Uien bleken uiteindelijk het meest doortastend.
Via Schaap bij Rijnsburg
Voor Serbony is er door de concurrentiestrijd een contract uitgerold voor liefst 2,5 jaar. De afgelopen vierenhalf jaar speelde hij voor VVSB, in de Tweede Divisie was hij al goed voor negen goals. Eerder kwam hij uit voor Haaglandia en Tonegido. Bij die laatste club was Wim Schaap zijn trainer, die sinds kort weer terug is bij Rijnsburgse Boys. Zo is het balletje ook gaan rollen, laat de spits weten op de clubsite van Rijnsburg.
Verrast door grote belangstelling
“Een tijdje geleden heb ik een interview gehad met Tweededivisie.org, waarin ik aangaf dat ik toe was aan een nieuwe uitdaging. Daarna hoorde ik van Wim dat Rijnsburgse Boys belangstelling voor mij had, maar omdat er een herenakkoord is tussen de clubs in de Bollenstreek bleef het stil, totdat ik weggestuurd werd bij VVSB. Snel daarna werd ik benaderd door Rijnsburg en trouwens ook door heel veel andere mensen: familie, vrienden, journalisten en andere clubs. Ik ben echt verrast door het grote aantal clubs dat belangstelling voor mij had.”
Ignacio heel enthousiast
“Nadat Rijnsburg contact had opgenomen met mij, heb ik gesproken met Raily Ignacio, mijn neef. Bij hem zit Rijnsburgse Boys nog steeds in zijn hart. Hij is heel enthousiast over Rijnsburg en vertelde mooie verhalen. Toen hij hier nog speelde, kwam ik regelmatig kijken. Rijnsburg is een mooie club. Daar kwam dus bij dat ik een nieuwe uitdaging zocht. Bij VVSB heb ik bijna alles bereikt: bekersuccessen, promotie naar de Tweede Divisie, alleen een titel niet, maar dat is lastig met clubs als Jong AZ. In de Derde Divisie valt meer te behalen, bijvoorbeeld een periodetitel. Daar speel je echt om iets. Ik wilde sowieso graag in de Bollenstreek blijven, want in deze streek ademt alles voetbal.”