Nu het topamateurvoetbal voor langere tijd stil ligt, wil Voetbal247.nl toch voor wat vermaak zorgen in deze stille tijd, waarin we onze ‘belangrijkste bijzaak in het leven’ moeten missen. Dat doen we met de rubriek: Op De Man Af. Daarin leggen we bekende en minder bekende mensen uit het topamateurvoetbal de 20 vragen van Voetbal247.nl voor. In aflevering 14 komt IJsselmeervogels-spits Danny van den Meiracker aan het woord.
Hij heeft al een behoorlijke carrière achter de rug en is op dit moment bezig aan zijn derde seizoen bij IJsselmeervogels. Vorig seizoen was hij topscorer van de Tweede Divisie met 18 goals, maar dit, inmiddels stilgevallen, seizoen heeft de 31-jarige aanvaller het net nog niet weten te vinden. In deze rubriek ‘Op De Man Af’ zoekt Voetbal247.nl Van den Meiracker ‘virtueel’ op.
Clubs waarvoor je hebt gespeeld:
„Ik ben bij mijn plaatselijke club, SV Baarn, begonnen bij de Greenstars. Zo heten de teams voor de allerjongste voetballers. Op mijn negende ben ik vervolgens naar SO Soest gegaan, waarna ik door FC Utrecht werd uitgenodigd om bij hen in de jeugd te gaan spelen. Na twee jaar lang iedere dag van 7.00 uur ’s ochtends tot 19.00 uur ’s avonds op pad te zijn geweest, vond ik het niet meer leuk en heb ik tegen mijn moeder gezegd dat ik weg wilde bij FC Utrecht. Ik ben toen teruggegaan naar SV Baarn, waar ik op vijftienjarige leeftijd debuteerde in het 1ste elftal. Dat vond ik echter iets te snel gaan, want ik wilde het liefst nog in de jeugd voetballen. Op dat moment werd ik door Spakenburg gevraagd en kreeg ik de kans daar nog twee jaar in de A’tjes te spelen. Vervolgens ben ik doorgestroomd en heb ik daar vier jaar in de selectie gespeeld. Na die tijd in Spakenburg kwamen NEC (2012-2013) en FC Oss (2013-2015) op mijn pad. Na FC Oss ben ik weer teruggegaan naar Spakenburg, heb ik kort bij Lienden gezeten en inmiddels ben ik bezig aan mijn derde seizoen bij IJsselmeervogels.”
Favoriete positie:
„Dat is in mijn geval natuurlijk de spitspositie. In de A’tjes bij Spakenburg stond ik een tijd op 6, als verdedigende middenvelder. Op een gegeven moment raakte onze spits geblesseerd en zette de trainer mij in de punt. Ik scoorde die wedstrijd drie goals en sindsdien ben ik altijd spits gebleven. Dit seizoen heb ik ook een paar keer als nummer 10 gespeeld. Misschien hoe ouder ik word, hoe vaker ik een linie terugzak. Dan ben ik over 5 jaar centrale verdediger, haha.”
Wat doe je naast het voetbal?
„Ik ben werkzaam als zzp’er met mijn eigen stukadoorsbedrijf. Als het voetbalseizoen in volle gang is, werk ik vaak twee dagen. Als ik een mooie, grote klus heb, worden dat er maximaal vier. Ik heb namelijk ook mijn ‘papadag’. In deze tijd merk ik wel dat ik meer aan het werk ben.”
Mijn ideale vrije dag bestaat uit:
„Afhankelijk van het weer ga ik het liefst wel naar buiten toe. Een potje tennissen of padellen met vrienden of een drankje op het terras. Ik houd van gezelligheid om me heen, dus zoek graag wel mensen op. Maar als het minder weer is, ga ik lekker op de bank liggen, voetbal kijken met een zak chips erbij. Dat vind ik af en toe ook wel lekker.”
„We zijn kampioen geworden, omdat ik een seizoen lang mijn haar niet heb gedaan”
Meest memorabele wedstrijd die je hebt gespeeld en waarom?
„Positief gezien was dat de kampioenswedstrijd met Spakenburg uit bij Katwijk in het seizoen 2011-2012. Ik scoorde die wedstrijd nog de openingstreffer en we wonnen uiteindelijk met 0-3 en daarmee waren we kampioen. Andersom heb ik het echter ook meegemaakt in de derby uit bij IJsselmeervogels het jaar daarvoor. Die wedstrijd verloren we, ook door een discutabele rol van de scheids, met 3-2 en daarmee zagen we het kampioenschap aan onze neus voorbijgaan.”
Wat is de beste tegenstander waar je ooit tegen hebt gespeeld en wanneer?
„Dat vind ik best lastig te zeggen. Maar als ik ga kijken met wie ik heb gespeeld, moet ik gelijk denken aan Duncan van Moll. Hij had zijn techniek en inzicht op zo’n hoog niveau, dat heb ik zelfs in de Eredivisie maar weinig gezien. Maar ook Ricky van den Bergh springt er voor mij uit. Ik had vanaf de eerste training zo’n goede connectie met Ricky. Samen hebben wij, achteraf gezien, een behoorlijk groot aandeel gehad in het kampioenschap in 2011. Dat heeft mij uiteindelijk ook mijn transfer naar de Eredivisie opgeleverd.”
Wat is je sportieve hoogtepunt in je carrière tot dusverre?
„Het kampioenschap met Spakenburg. Dat seizoen ga ik nooit meer vergeten. Na de kampioenswedstrijd in Katwijk kwamen we terug met de bus en stond een enorme feestvierende mensenmassa ons op te wachten. Om de vreugde van zoveel mensen te zien, is echt geweldig. Mijn debuut in de Eredivisie was persoonlijk ook een mooi moment, maar het kan niet tippen aan het kampioenschap en het bijbehorende feest in en bij Spakenburg. Bovendien houd ik ook wel van een feestje!”
Wat is je dieptepunt in je carrière tot dusverre?
„Die langdurige kruisbandblessures. Ik ben wel vaker geblesseerd geweest aan mijn meniscus. Dan was ik er zes tot acht weken uit en kon ik daarna weer voetballen. Maar de duur van die kruisbandblessures, zeker bij de tweede keer, laat je echt twijfelen of je nog wel door wilt met voetballen. In mijn geval scheurde ik mijn kruisband voor de tweede keer af, een week voor mijn rentree. Dan zakt de moed je behoorlijk in de schoenen.”
Hoe ziet je wedstrijddag eruit vóór je naar de club gaat?
„Op zaterdagochtend sta ik altijd op met mijn kinderen. Voordat ik het weet, is het dan al tijd om naar de club te gaan. Ik zorg er wel altijd voor dat ik ruim op tijd weg ga. Ik heb een hekel aan te laat komen.”
Bijgeloof?
„Bij Spakenburg scoorde ik een keer drie of vier doelpunten in een wedstrijd en ik had toen mijn haar niet gedaan. Teamgenoten, zoals Jeroen Hessing en Robert Verschraagen, zeiden toen tegen mij dat ik mijn haar niet meer mocht doen. Dat hebben we uiteindelijk het hele seizoen volgehouden. En het heeft nog gewerkt ook, want dat jaar was het kampioensjaar.”
Favoriete scheidsrechter:
„Sander de Brito Roque. Hij is zowel buiten als binnen het veld echt een top gozer. Je kan lekker tegen hem zeiken, maar hij zeikt ook gewoon terug. Als ik een verkeerde pass geef, komt hij langslopen en zegt hij: “Goede pass Danny!” Het lijkt alsof hij zelf ook voetballer is geweest. Hij voelt de emoties op het veld heel goed aan.”
Wie is de beste trainer waar je onder hebt getraind in je carrière?
„André Paus, uit mijn tijd bij Spakenburg. Hij liet iedere speler voetballen in zijn kracht. En als je iets tegen hem zei, deed hij er ook altijd wat mee. Voor mij een hele fijne trainer om mee te werken.”
„Als ik haar nu tegenkom, mag ik een nachtje weg zonder problemen”
Wat was het mooiste staaltje voetbalhumor in de kleedkamer dat je hebt meegemaakt?
„Dat was in de kleedkamer bij NEC. Nick van der Velden zat toen op de wc, maar het wc-papier was op. Dus hij riep Melvin Platje of hij een wc-rol voor hem kon pakken. Melvin liep vervolgens met die rol naar de wc toe en gaf die rol aan Nick. Maar Nick had zijn hand inmiddels in chocolade gedoopt en smeerde zijn hand af aan de arm van Platje. Die zag het gebeuren en werd helemaal wild. Inmiddels is het een echte klassieker, maar toen was die grap nog gloednieuw.”
Wat is je guilty pleasure qua eten?
„Als ik uiteten ga, bestel ik toch wel vaak kipsaté. Thuis eet ik het liefst pasta of pizza, maar ik heb niet echt een guilty pleasure.”
Welke muziek staat het vaakst bij je aan?
„Hollandse muziek. André Hazes en Tino Martin heb ik al heel veel gehoord. Mijn vriendin is het daar niet altijd mee eens, dus ik moet het niet de hele dag opzetten. Samen met Marciano van Leijenhorst en Jeffrey Buitenhuis, ook echte liefhebbers van Hollandse muziek, ga ik wel eens naar een feestje.”
Wat was je slechtste vak op school?
„Ik heb nooit echt de focus op school gehad. De leraren zeiden altijd wel dat ik het in me had, maar ik deed er gewoon veel te weinig aan. Geschiedenis was daarin een uitschieter. Daar deed ik helemaal niks voor.”
Als je een voetbalweekend met vrienden weg zou kunnen, waar zou je heengaan?
„Ik zou nu het liefst naar Liverpool willen. Een mooie club en een prachtig stadion. Ik heb inmiddels ook al aardig wat stadions gezien. Ruim drie jaar geleden zat ik bijvoorbeeld in Camp Nou, bij de Champions League wedstrijd tegen Paris Saint Germain. Menig voetballiefhebber zal zich die 6-1 nog wel herinneren.”
Op welk sportpark of stadion speelde je als tegenstander het liefst?
„Uit bij Katwijk. Die supporters hebben mij volgens mij nooit echt gemogen, omdat ik daar al regelmatig heb gescoord, inclusief de goals in de kampioenswedstrijd met Spakenburg. Maar ik houd daar wel van. Dat mensen tegen mij schreeuwen en dat ik daar een beetje op reageer om de boel op te jutten. Dat heb ik liever dan dat een 80-jarige supporter van Scheveningen naar me roept: “Hé Meiracker, rot op.” Bij die mannen uit Katwijk is het wat geschreeuw over en weer, maar drink ik na de wedstrijd een biertje met ze.”
Met wie zou je wel eens naar een onbewoond eiland (je huidige partner uitgesloten) willen?
„Yolanthe Cabau, zonder twijfel. Dat weet mijn vriendin ook en voordat het serieus werd, heb ik daar duidelijke afspraken over gemaakt. Als ik haar nu tegenkom, mag ik een nachtje weg zonder problemen. Die heb ik gewoon geclaimd.”
Eerder in de serie ‘Op De Man Af’ verschenen:
#1 Nick van Staveren (vv Noordwijk): ‘Daar zou ik wel een beschuitje mee willen eten’
#2 Tim Eekman (BVV Barendrecht): ‘De voetbalschoenen lagen knalhard te zijn in de vriezer…’
#3 Henny Bouius (Harkemase Boys): ‘In de bus na een zege is het soms net alsof we de Champions League hebben gewonnen’
#4 Sven van Ingen (Kozakken Boys): ‘Hij had de uitstraling dat hij de beste van de wereld zou worden’
#5 Paul van der Helm (Quick Boys): ‘Bij FC Utrecht hebben we de auto van een teamgenoot volledig in cadeaupapier verpakt’
#6 Jan Schimmel (Achilles Veen): ‘Hans Kraaij jr kan grandioos vertellen’
#7 Jurjan Mannes (HHC Hardenberg): ‘Mooiste kleedkamerhumor? De befaamde longtest van FC Emmen’
#8 Gilmaro van de Werp (ASWH): ‘Spelen tegen Ajax was een jongensdroom die uitkwam’
#9 Leroy Resodihardjo (Smitshoek): ‘Hij heeft wel 6x doorgespoeld in de hoop dat de stank wegging…’
#10 Oskar van Logtestijn (Hoogland): “‘Eric Speelziek heeft het in zich om spelers beter te maken’
#11 Cody Claver (AFC): ‘Mijn beste tegenstander? Abdelhak Nouri of Frenkie de Jong’
#12 Joran Schröder (SteDoCo): ‘Het liefst speel ik daar waar veel publiek op afkomt’
#13 Jay Jay Meierdres (Unitas): Garnalen, Demi Rose en bevroren kicksen