Met Muamer Tankovic, Robert Mühren en Mats Seuntjes speelde Jong AZ met 0-0 gelijk tegen Katwijk. Tegen Kozakken Boys ontbrak het drietal, die vermoedelijk bij de meeste Eredivisieclubs doorgaans in de basisformatie zouden starten. Je reinste competitievervalsing hoor je al snel roepen, al begint de weerzin tegen de beloftenteams in de Tweede én Derde Divisie heel langzaam ook wat te ontdooien.
Met pieken en dalen gaan
Die weerzin is overigens geheel eenzijdig, want de beloftenteams zelf zijn erg blij met de nieuwe voetbalpyramide. “Ik vind het prachtig om in zo’n ambiance bij een toonaangevende zaterdagclub als Kozakken Boys te spelen met onze jonge, gretige en goede groep”, spinde Jong AZ-coach Martin Haar van genoegen tegenover TweedeDivisie.org. “Het is een podium met weerstand van fysiek sterke tegenstanders waar echt wat op het spel staat. Daarin mogen onze talentvolle spelers hun fouten maken, omdat ze daarvan leren. Het zal met pieken en dalen gaan, maar dit is een hele goede manier om onze talentvolle spelers te ontwikkelen.”
Instelling niet altijd kunnen opbrengen
Binnen AZ staat talentontwikkeling hoog op de agenda: “Op termijn willen we misschien wel naar de Jupiler League met dit team, maar primair is voorlopig de ontwikkeling van spelers”, vervolgt Haar. Hij begrijpt de kritiek van veel amateurclubs, omdat zijn selectie kan worden aangevuld met spelers uit het eerste: “Ik snap de kritiek, want op papier zullen tegenstanders wellicht balen als er twee of drie spelers uit het eerste meedoen. Echter, dan moeten die spelers wel hun normale niveau halen. Dan zijn ze een meerwaarde en een voorbeeld voor jonge spelers, maar de praktijk is dat niet alle spelers van het eerste die mee doen met het beloftenteam die instelling kunnen opbrengen.”
Liever wat jongens uit eerste gehad
Danny Buijs, coach van Kozakken Boys, weet dat als geen ander: “Ik had het eerlijk gezegd helemaal niet erg gevonden als er wat jongens uit het eerste hadden meegedaan”, bekent hij na de 2-4-nederlaag van afgelopen zaterdag. “Ik ben zelf ook speler geweest en weet hoe voetballers uit het eerste zich voelen als ze met het tweede mee moeten doen. Dan laten ze wat makkelijker hun mannetje lopen, dan de groep vol goed geschoolde talenten van 17, 18 en 19 jaar die we nu troffen en zich willen bewijzen om een mooi contract te verdienen en hun carrière nog voor zich hebben.”
Spaanse model als voorbeeld nemen
“En hoewel ik geen voorstander blijf van beloftenteams in de Tweede Divisie, simpelweg omdat ik liever speel tegen een Quick Boys, IJsselmeervogels en Rijnsburgse Boys die vijf honderd supporters meenemen, is het wel heel leerzaam voor met name mijn jongere spelers. Die ervaren nu dat elke fout wordt afgestraft tegen een ploeg als Jong AZ”, voegt Buijs toe. Wellicht dat de KNVB nog eens een belletje zou kunnen plegen naar Berry Powel. Volgens de gelouterde ex-prof is de aanpassing van beloftenteams in de voetbalpyramide best soepel te laten verlopen, mits de voetbalbond naar Spanje had gekeken: “Daar werken beloftenteams echt met een eigen selectie, waarbij spelers uit het tweede wel mee mogen doen met het eerste, maar niet andersom. En als alle teams ook gewoon gelijk worden behandeld qua kaarten en schorsingen, denk ik dat iedereen naar verloop van tijd best had kunnen wennen aan de nieuwe situatie.”
