Magid Jansen twijfelde vorig seizoen of hij nog een jaar door zou gaan bij AFC, maar is dit jaar toch weer van de partij op sportpark Goed Genoeg. Toch heeft de routinier wel zijn bedenkingen bij de veranderingen in het topamateurvoetbal, zoals bijvoorbeeld het aantal wedstrijden in een seizoen, zegt hij in Het Parool: ,,Volgens mij zijn dat er nu 40. Dat gaat toch helemaal nergens over, met alle respect. Negen van de tien jongens moeten om acht uur de deur uit, de hele dag werken met stress en drukte, dan snel eten, omkleden en trainen en dan ben je om 22.30 uur thuis. En dat drie keer in de week. Dat is pittig, hoor.”
Bedrijf
De verdediger is blij dat er dit seizoen weer een Amsterdamse derby op het programma staat. ,,Dat is toch leuk? Hebben we weer een Amsterdamse derby met veel publiek. Zo’n wedstrijd leeft veel meer dan potjes tegen pakweg Barendrecht of Jong Sparta.” Toch ziet hij wel duidelijke verschillen tussen ‘zijn’ AFC en De Dijk, dat deze zomer weer enkele routiniers uit het profvoetbal binnenhaalde en het profvoetbal ambieert. AFC wil juist een traditionele amateurclub blijven: ,,Anders worden we een bedrijf, met een flink secretariaat, personeel en administratie,” zegt hij. ,,Dat past helemaal niet bij AFC.”
Semi-professioneel
Jansen speelde zelf vijf jaar als prof bij Telstar en FC Omniworld, waarna hij in 2009 terugkeerde bij de club waar hij leerde voetballen. In de tijd dat hij weg was zag hij wel grote veranderingen in het amateurvoetbal: ,,Het is allemaal semiprofessioneel geworden.” Het mag dan ook geen verbazing heten dat de 33-jarige mandekker tegenstander is van verplichte contractspelers, de toevoeging van beloftenteams en de mogelijkheid tot promotie naar de Jupiler League: ,,De KNVB maakt zo het amateurvoetbal kapot.”